Kabels en leidingen in de grondexploitatie

Binnen het project Kabels en leidingen in de grondexploitatie is – in samenwerking met SKB – onderzocht hoe de relatie tussen betalen en genieten beter in balans kan worden gebracht.

De laatste jaren is het gebruik van de ondergrond door kabels en leidingen toegenomen. Daarnaast is de samenwerking bij de verdeling van de ruimte er niet eenvoudiger op geworden omdat de verschillende nuts- en energievoorzieningen niet meer in overheidshanden zijn. Dit maakt projecten gecompliceerder en door belangenconflicten lopen werkzaamheden uit in de tijd en worden kosten gemaakt die bij eerdere afstemming of samenwerking hadden kunnen worden voorkomen.

Hoe kan er bij gebiedsontwikkelingen waarbij het ruimtegebruik moet worden geoptimaliseerd op een zodanig slimme wijze met de kosten van aanleg (en onderhoud) van energie- en nutsinfrastructuur worden omgegaan dat er maatschappelijke optimalisatie wordt bereikt? Dat is waar het project Kabels en leidingen in de grondexploitatie zich op richtte.

Heldere en acceptabele verdeling

Van oudsher worden de kosten voor nieuwe aanleg van energie- en nutsinfrastructuur (met uitzondering van de kosten voor rioleringen) niet meegenomen in de grondexploitatie bij de gebiedsontwikkelingen. De kosten voor die nieuwe aanleg zijn hoog, alleen zij spelen geen rol in de afwegingen binnen de grondexploitatie. Uiteindelijk worden de kosten gedekt door de opbrengsten uit aansluitbijdragen en tarieven.

Het doel van het project was inzicht te verschaffen in de kosten die gemoeid gaan met investeringen in energie- en nutsinfrastructuur, inclusief een voldoende inzicht in de dekking van deze kosten. Ook werd er gekeken naar de relaties tussen investeringen en grondexploitatie en vastgoedexploitatie. Door dit in kaart te brengen kan worden toegewerkt naar een relatie tussen betalen en genieten die voor alle belanghebbenden helder en acceptabel is.

Rapport gereed: Verdienstelijke netwerken

De uitkomsten van het project zijn in juli 2013 gepubliceerd in het rapport Verdienstelijke netwerken. Uit het onderzoek blijkt dat er grofweg drie partijen betrokken zijn bij gebiedsontwikkeling: de gebiedsontwikkelaar (vaak de gemeente), de netbeheerder en de vastgoedontwikkelaar. In praktijk hebben deze partijen verschillende belangen en eigen verdien- en exploitatiemodellen, wat het lastig maakt om gezamenlijke oplossingen en investeringen te realiseren. Deze complexe situatie heeft daarnaast tot gevolg dat het moeilijk is om inzicht te krijgen in de kosten en dekking van kosten. Om deze reden is er in het onderzoek uiteindelijk alleen naar de kwalitatieve kant van het vraagstuk gekeken.

Alle inzichten en een nadere beschouwing in de projectgroep hebben geleid tot het opstellen van conclusies en aanbevelingen. Deze moeten naast inzicht ook aanzetten tot discussie over de omgang met kabel- en leidinginfrastructuur bij gebiedsontwikkeling, maar ook de deur openzetten tot vervolgonderzoek om daadwerkelijk een kwantitatief onderzoek uit te voeren. Ten eerste om de inzichten in kosten en baten helder te krijgen, maar uiteindelijk om optimalisatie te bereiken.