Van glimmend en strak tot gouden tierelantijnen: metrostations heb je in alle soorten en maten. We zochten een paar bijzondere exemplaren voor u uit.
Noord-Korea
Bij ons verwijzen de namen van metrostations meestal naar een locatie; niet in Pyongyang, Noord-Korea. Daar heten stations onder andere ‘Kameraadschap’ en ‘Heer-lijkheid’, naar propagan-distische thema’s. Ook in het station is volop propa-ganda. Grote mozaïeken tonen Noord-Koreaanse leiders en de zuilen moeten overwinningsfakkels voorstellen.
Het metronetwerk van München kent een aantal zeer kleurige stations. Dat is een trend van de laatste jaren; toen in 1971 werd gestart met het netwerk, toonden architecten weinig interesse in het ontwerpen van de ondergrondse stations. De eerste prijsvraag ontving slechts zeven inzendingen. Op de foto’s hiernaast ziet u stations Westfriedhof (links) en Candidplatz (rechts).
Washington DC
Veel van de metrostations in Washington DC zijn ontworpen door de Amerikaanse architect Harry Weese (1915-1998). Hij stelde voor om de stations als gewelven uit te voeren, zodat er geen kolommen nodig waren. Dat gaf volgens hem mooie zichtlijnen en een ruimtelijk gevoel. Hier ziet u het station bij het Smithsonian (links) en het Pentagon (rechts).
Moskou
De metrostations die tussen 1931 en 1955 in Moskou werden gebouwd, zijn bijna letterlijk juweeltjes. Ze werden ontworpen als ‘paleizen voor het volk’. Het station Komsomolskaya (foto’s hiernaast) stamt ook uit die tijd. De mozaïeken verbeelden historische figuren uit een beroemde toespraak van Stalin in 1941.