Nieuwe inzichten en initiatieven om ondergronds bouwen te stimuleren

Door Mariëlle Wieman – 18 december 2020

Op 9 december 2020 organiseerde het Centrum voor Ondergronds Bouwen (COB) de online bijeenkomst voor het platform Waardevol ondergronds ruimtegebruik (WOR). Twee hoofdpresentaties stonden centraal, namelijk ondergronds bouwen vanuit het perspectief van de ontwerpend aannemer door Ruud Arkesteijn en vanuit het perspectief van de vastgoedontwikkelaar door ondergetekende.

Het platform Waardevol ondergronds ruimtegebruik (WOR) is een ontmoetingsplaats voor ontwerpers – zoals architecten en stedenbouwkundigen – projectontwikkelaars, ontwerpende aannemers en bodemprofessionals. In het platform wordt kennis en ervaring uitgewisseld over het gebruik van de ondergrondse ruimte in de stedelijke omgeving, het integraal proces van ruimtelijk ontwerp, multifunctionaliteit en gebruikswaarde voor de toekomst én ruimtelijke kwaliteit en het vergroten van belevingswaarde.

Gijsbert Schuur, coördinator van het platform WOR, was de moderator van de interactieve online bijeenkomst op 9 december 2020. Hij blikte onder andere terug op de succesvolle platformbijeenkomst van 23 september 2020, waarbij de ondergrondse ontwikkeling in en rondom stationzones centraal stond. Uit deze bijeenkomst zijn interessante conclusies getrokken, die tijdens de bijeenkomst van 9 december met de deelnemers werden gedeeld en getoetst.

Visies van ontwerpend aannemers

Ruud Arkesteijn, ontwerpspecialist ondergronds bouwen bij Mobilis TBI, werkt op het grensvlak van geotechniek en betonconstructies. Hij vertelde ons dat er nog steeds grote verschillen zijn in de keuze voor wel of niet ondergronds bouwen.

Duur en complex?

Arkesteijn gaf aan dat ondergronds bouwen nog steeds als duur en complex wordt ervaren. Deze complexiteit vraagt volgens hem om een integrale benadering en om kennisdeling. Hij benoemde ook de gevoeligheden met betrekking tot de afweging tussen meerkosten en meerwaarde. Ten aanzien van die meerwaarde ging Arkesteijn vooral in op beleving, toekomstbestendigheid en multifunctioneel gebruik van de ondergrondse ruimte.

Beeld uit presentatie Ruud Arkesteijn.

Hij benoemde ook een aantal trends die (nog meer dan nu) impact zullen gaan hebben op ondergronds bouwen. Die trends zijn verstedelijking, nieuwe contractvormen (van traditionele naar geïntegreerde contracten), digitalisering, zoals building information modeling (BIM), robotisering, verduurzaming en circulariteit.

Tot slot ging Arkesteijn in op drie thema’s om zo efficiënt mogelijk ondergronds te kunnen bouwen. Het eerste thema is bouw(kuip)principes, waaronder keerwanden, onderafdichting, ruwbouw (in situ of prefab) en geïntegreerde bouwmethoden. Hij noemde efficiënte vormgeving van ondergrondse bouwvolumes, door interactie met de ‘bovenbouw’ en parametrische ontwerpoptimalisatie, als tweede thema. Parametrisch ontwerpen is een proces waarbij op basis van data of relaties tussen onderdelen een ontwerp kan worden gegenereerd. Het derde thema is faalkostenreductie door middel van onder andere standaardisatie en risicomanagement.

Nieuw project in 2021

Ben je werkzaam bij een adviseur of aannemer die actief is op het gebied van ondergronds bouwen? Dan zou je volgend jaar kunnen meewerken aan het COB-project waarbij de optimalisatie van de meerwaarde van ondergronds bouwen én efficiënt ondergronds bouwen centraal staan. Het beoogde eindproduct van dit project is een witboek en/of webtool. Je kunt je daarvoor aanmelden bij Gijsbert Schuur via gijsbert.schuur@cob.nl.

Visies van vastgoedontwikkelaars

De volgende spreker van deze ochtend was ondergetekende. Ik ben directeur/eigenaar van Bruggenhoofd, bureau voor communicatie-, educatie-, innovatie- en organisatievraagstukken in de bouw- en vastgoedsector. Sinds 1 september jl. ben ik ambassadeur van het COB.

Interviewreeks met vastgoedontwikkelaars

In de vorige COB-platformbijeenkomst van 23 september jl. constateerden de deelnemers dat er nog behoorlijk wat ‘koudwatervrees’ is om (meer) ondergronds te (ver)bouwen. Vanwege mijn jarenlange kennis en ervaring in de vastgoedsector heeft Gijsbert Schuur mij gevraagd om een aantal interviews af te nemen bij grote vastgoedontwikkelaars, om hun mening en visie ten aanzien van ondergronds bouwen in kaart te brengen. Doel van die interviewreeks is om een aantal vraagstukken te formuleren die in het nieuwe jaar door het COB kunnen worden opgepakt.

De volgende personen werkten met veel plezier mee aan mijn interviewreeks: Daan Klaase, planontwikkelaar bij NS Stations, Erik Prins, directeur Kabels & Leidingsystemen bij Heijmans en tevens algemeen directeur bij Brinck, Cor Simons, directeur Bouw bij Van Wijnen West, Dennis van der Weijden, regiomanager bij BAM Infra Regio West, Rutger Reintjes, eigenaar van Hout of the box en René Kamperman, hoofd projectmanagement bij BPD.

Meer ondergronds bouwen verwacht

De meerderheid van de geïnterviewden verwacht dat er in de toekomst zeker meer ondergronds gebouwd gaat worden. Zij gaven aan dat meer ondergronds ruimtegebruik noodzakelijk is vanwege onder andere de energietransitie, de uitdagingen op het gebied van mobiliteit en de urgentie om meer ondergrondse afvalsystemen te realiseren. De geïnterviewden verwachten ook dat er vooral meer multifunctionele ondergrondse ruimten zullen worden gebouwd.

Ook gaven zij aan dat er mogelijk meer gedeeltelijk ondergrondse ruimten zullen worden gebouwd, de zogenaamde heuvellandschappen. De geïnterviewden vinden dat de buitengebieden veel beter kunnen worden benut voor ondergronds ruimtegebruik. Ondergronds is het namelijk al behoorlijk druk in binnenstedelijk gebied.

Vervolgens is de vraag dan waarom die ruimten al niet veel vaker worden gerealiseerd. Wat zijn de belemmeringen bij ontwikkelaars? De vraag werd gesteld of de huidige wet- en regelgeving, zoals het Bouwbesluit en bestemmingsplannen, mogelijk een belemmering vormt om meer ondergronds te gaan bouwen. Zo ja, wat is dan nodig om deze belemmeringen weg te nemen?

Te weinig personeel en kennisontwikkeling op techniek en innovatie

Uit de interviews blijkt dat er helaas onvoldoende vakkundig personeel beschikbaar is om (ondergrondse) bouwprojecten te realiseren. Als reden daarvoor wordt onder andere de vergrijzing onder het huidige personeel genoemd. Wat is er nodig om voldoende personeel beschikbaar te krijgen voor de (ondergrondse) bouwopgaven? Ten aanzien van kennisontwikkeling noemden de geïnterviewden vooral techniek en innovatie als belangrijke speerpunten. Veel kennis over bijvoorbeeld geothermie wordt nu nog uit Duitsland gehaald, terwijl je idealiter die kennis in eigen land beschikbaar wilt hebben.

Lagere onderhoudskosten over de gehele levensduur?

In de interviews werden onder meer de volgende interessante onderzoeksvragen genoemd:

  • Wat betekent het kostentechnisch voor de onderhoudsopgave als je kiest voor ondergronds bouwen, indien je dat over de gehele levensduur/gebruiksduur van bijvoorbeeld 50 of 100 jaar beschouwt? Is het dan nog steeds duurder dan bovengronds bouwen?
  • Is het ondergronds bouwen van bijvoorbeeld logistiek vastgoed in de buitengebieden een mogelijke oplossing voor de verdozing langs de snelwegen en de verkeersdrukte in de binnensteden?
  • Wat betekent de veranderende vraag en het aanbod van mobiliteit voor ondergronds bouwen, zoals voor parkeergarages, wegen, openbaar vervoer, fiets- en voetgangersvoorzieningen?

Behoefte aan inspirerende voorbeelden en een functiewaaier

Uit de interviews bleek dat er veel behoefte bestaat aan een totaaloverzicht van voorbeelden over ondergronds bouwen, bijvoorbeeld in de vorm van een boek, website en/of tool. Ook vinden de geïnterviewden het erg nuttig als er een soort functiewaaier wordt ontwikkeld. Deze tool zou inzicht moeten geven in welke functie op welk niveau ondergronds gerealiseerd zou kunnen worden. Kortom, een zogenaamde staalkaart voor ondergronds bouwen zou zeer wenselijk zijn!

Mijn presentatie sluit ik af met de constatering dat het imago van ondergronds bouwen echt verbeterd zou moeten worden. Dat baseer ik op mijn interviewreeks en eerdere gesprekken met participanten van het COB en diverse vastgoedprofessionals.

Nieuwe ontwerpstudie over ruimte en waarde

Vervolgens informeerde Gijsbert Schuur de deelnemers over een nieuwe ontwerpstudie van BNA, TU Delft en het COB. Centrale vraagstelling van deze studie is: Hoe kan integraal en multifunctioneel ruimtegebruik van openbare ruimte, ondergrond en gebouwen binnen een verdichte stedelijke omgeving, ruimte en waarde creëren die bijdragen aan een aantrekkelijke en toekomstbestendige leefomgeving? Consortia van architecten, stedenbouwers, landschapsarchitecten, ingenieurs en ontwerpende aannemers gaan aan de slag met concrete casussen in de stedelijke omgeving. De ontwerpstudie loopt van april tot en met oktober 2021.

Oproep voor vijf cases in Nederland en Vlaanderen

Voor deze ontwerpstudie zijn vijf cases in Nederland en Vlaanderen nodig. Ken je of ben je een publieke en/of private partij die een case en een kleine ontwerpvergoeding wil inbrengen? Neem dan contact op met Gijsbert Schuur via gijsbert.schuur@cob.nl.

Jaarplan 2021 van het platform WOR

Tot slot lichtte Gijsbert Schuur de ambitieuze plannen van het platform WOR toe. De kern van het jaarplan 2021 bestaat uit een leertraject met vier (online) platformbijeenkomsten, het opvolgen van kennisvragen uit die platformbijeenkomsten door middel van start-ups voor projecten én het vastleggen van de leerlessen in een witboek. In 2021 staan twee initiatieven centraal: de visie van ontwerpende aannemers met als uitkomst een witboek en de ontwerpstudie van BNA, TU Delft en het COB.

Beeld uit presentatie Gijsbert Schuur.