L110 – Ondiepe detectietechnieken: 3D-Grondradar
https://www.cob.nl/document/ondiepe-detectietechnieken-3d-grondradar/
Auteur: COB
Uitgever: COB
Uitgave: september 1997 | GeĆ¼pload op: 1 mei 2016
Het doel van de eerste fase (deelplan L 110) van het project L 100 is het vervaardigen van een ontwikkelversie van een 3D-Grondradar met behulp van bestaande ap...>>
Samenvatting
Het doel van de eerste fase (deelplan L 110) van het project L 100 is het vervaardigen van een ontwikkelversie van een 3D-Grondradar met behulp van bestaande apparatuur en (deels) te ontwikkelen dataprocessing-programmatuur. In het basisprojectplan was een tamelijk gedetailleerd uitgewerkt ontwerp voor het 3D-Grondradarsysteem gegeven. Lopende het onderzoek is op basis van de verkregen resultaten dit ontwerp structureel veranderd en verbeterd.
Op drie verschillende testlocaties zijn metingen uitgevoerd: op een geprepareerde locatie met luchtgevulde pvc-leidingen in een zandbed; op het terrein van een waterleidingbedrijf met een enkele watergevulde pvc-pijp; en op een proefterrein van Gastec met een groot aantal luchtgevulde pijpen in een tamelijke heterogene, maar wel zandige, ondergrond. Met name op de twee laatste locaties is een zeer uitgebreide dataset opgenomen waarbij de meetraaien veelal onder een scheve hoek met de leidingen lagen.
Er zijn verschillende wijzen van dataprocessing toegepast. In lijn met de oorspronkelijke gedachte van het 3D-Grondradarsysteem met eencentrale zendantenne en circa 8 perifere ontvangantennes is de seismische techniek van pre-stack common-shot migratie toegepast. Deze gaf onbevredigende resultaten, voornamelijk als gevolg van de relatief beperkte antenne-offset. Een altematieve aanpak was het automatisch detecteren van reflecties in de enkele ontvangsignalen en deze vervolgen door de opvolgende metingen. Op de data van het waterleidingterrein die gekenmerkt werden door een zeer hoge signaal-ruisverhouding bleek dit een succesvolle aanpak. Bij de meer realistische situatie bij Gastec was een andere aanpak noodzakelijk waarbij de typische pijpreflecties herkend werden door de volledige raaien als een geheel te analyseren met behulp van een tijd-migratie procedure.