Samenvatting

In de COB-werkgroep “Preventief onderzoek en instandhouding zinkvoegen” is de vraag aan de orde gekomen hoe de huidige conditie is van de klemverbindingen waarmee het Omegaprofiel in zinkvoegen is gefixeerd. Bij een onderzoek uit 2002 naar de klemverbindingen van de Kiltunnel is vastgesteld dat deze verbindingen door corrosie zijn aangetast. Bij een identiek onderzoek uit 2013 naar een zinkvoeg van de eerste Coentunnel is net als bij de Kiltunnel corrosie aan de bouten waargenomen. Verondersteld werd dat mogelijk bij meerdere tunnels de draadeinden met moeren van de klembindingen gecorrodeerd zijn.

Daarom is eind 2014 in vier zinktunnels onderzoek verricht naar de toestand van de bouten, moeren en klemstrips van de zinkvoegen. De kan sop de aanwezigheid van vocht is het grootst in het voegdeel in de vloer. Daarmee is de kans op aanwezigheid van corrosie op de bouten en moeren hier ook het grootst. Daarom zijn in het onderzoek de klemverbindingen ter plaatse van de vloer onderzocht.

Doordat alle onderzochte voegen vol met water stonden en een aantal voegen zwaar vervuild bleken, is het niet in alle voegen mogelijk geweest om de toestand van de bouten en moeren vast te stellen. Vanwege het water dat in de voegen aanwezig is, werd verondersteld dat al het staal wat zich onder water bevindt door de zuurstofarme omgeving niet of nauwelijks door corrosie is aangetast en dat in de overgangszone van droog naar nat (zogenaamde splash-zone) de maatgevende degradatie van de klemverbinding is opgetreden.

In overleg met Rijkswaterstaat Grote Projecten en Onderhoud (GPO) en het COB heeft GPO voor nader onderzoek een budget beschikbaar gesteld en Nebest B.V. gevraagd om nader endoscopisch onderzoek in vier tunnels uit te voeren naar de toestand van de klemverbindingen ter plaatse van de eerder onderzochte vloeren en de splash-zone.